Mijn grootste interesse in de fotografie is toch wel die van het fotograferen van landschappen. Al van jongs af aan geniet ik als ik door een bos loop, door een weiland fiets of bij een heideveld kom. Elk soort gebied heeft zo zijn eigen sfeer. Een gebied in andere omstandigheden kan meteen voor een hele andere sfeer zoeken. Een landschap dat jaar in jaar uit hetzelfde blijft kan per seizoen een heel andere aanblik hebben. De ene ochtend is soms niet te vergelijken met de andere.
Pas na een tijdje fotograferen heb ik me verdiept in het fotograferen van landschappen. Nu is naar mijn idee landschapsfotografie niet de meest makkelijke soort binnen de fotografie. Om een goede landschapsfoto te maken zijn een aantal zaken heel belangrijk.
Een van de belangrijkste dingen in een landschap is je compositie. Daar zijn hele boeken over verschenen en het is niet mijn bedoeling om hier alle aspecten van composities te bespreken. Toch zijn er een aantal dingen die al snel een compositie sterker kunnen maken.
Het gebruik van dieptelijnen zorgt ervoor dat de kijker de foto door wordt geleid. Als een dieptelijn naar een bepaald zichtpunt leid zorgt dit ervoor dat de kijker uiteindelijk op een punt uitkomt en zo de hele foto door kijkt.
Een dieptelijn zit in vrijwel elk landschap. De meest makkelijke zijn hekjes, slootjes, een bruggetje of een rij bomen. Een dieptelijn kan daarnaast ook denkbeeldig gevormd worden door een paar bomen of struiken. Je gebruikt deze dan als ‘stapstenen’ om door de foto te komen.
In de westerse wereld zijn de mensen gewend om van links naar rechts te lezen en te kijken. Als je publiek dus bestaat uit westerse kijkers dan is het effectief om een dieptelijn aan de linkerkant van je foto te laten beginnen. De kijker kijkt dan ook de foto in. Als de lijn rechts begint zal de kijker niet automatisch de lijn volgen, een westers persoon is dat tenslotte niet gewend.
Een zichtpunt is belangrijk om de blik van de kijker vast te houden in de foto. Als een zichtpunt ontbreekt zal de kijker de dieptelijn sneller volgen en dus ook sneller uit de foto verdwijnen. Probeer de blik van de kijker te vangen met je zichtpunt. Een zichtpunt hoeft geen bijzonder element te zijn. Een boom aan het eind van een lijn kan voldoen. Een open hek aan het eind van een weiland kan erg effectief zijn. Niet in elk landschap is een goed zichtpunt te vinden, kijk dus goed rond om dat zichtpunt toch te vinden.
De horizon in een landschap is iets dat een wereld van verschil kan maken. Een horizon kan je beter niet in het midden plaatsen. Plaats deze beter op 1/3 of 2/3 van de foto. Je krijgt zo dus meer lucht of meer grond.
In andere stukken zal ik nog wat meer aandacht besteden aan composities in specifieke landschappen die ik tegen ben gekomen.
Behalve een goede compositie zijn ook de omstandigheden van groot belang. Elk deel van de dag heeft ander licht. Doorgaans heeft ochtendlicht vaak een lichtoranje tint. Een heldere zachte kleur. Overdag is het zonlicht hard, niet ideaal voor de fotograaf. Aan het eind van de dag komt er weer een gouden uurtje waarbij het licht met wat geluk een dieporanje kleur krijgt.
Een zonsopkomst of zonsondergang kan een groot verschil maken in je foto. Zeker als de lucht wat wolken telt. Een beetje mist tijdens een zonsopkomst kan een enorm schouwspel geven van licht. Een beetje grondmist kan al een verschil maken in het open veld. Zoals op de foto hierboven te zien is stond het zonnetje wat hoger. Ik had het geluk dat de grondmist hier wat op kwam en een heel bijzonder lichteffect gaf. Uniek, ik heb het na die ene keer nooit meer op deze manier gezien.
Behalve een mooie lichtval kan mist ook zorgen voor extra diepte. Ook dat voordeel had ik bij de foto mee. Het zorgde voor wat laagjes in de achtergrond.
Landschapsfotografie is daarnaast iets wat met de meest simpele camera al kan worden gedaan. Natuurlijk helpt een dure camera om betere foto’s te maken. Een goede fotograaf kan echter met een goedkope camera nog steeds een goede foto maken. Een slechte fotograaf kan nog zo’n mooie camera hebben, de mooie foto’s komen er niet automatisch uit rollen.
Mocht je nu de mogelijkheden hebben om wat te investeren in je camera uitrusting kijk dan allereerst naar een stevig statief. Werken vanaf een statief geeft rust en laat je meer kijken naar je compositie. Doordat je met een statief meer tijd moet nemen voor een foto zal je merken dat je ook beter gaat kijken naar een landschap. Je wil tenslotte wel een goede plaat maken met de moeite die je dan doet.
Behalve een statief zijn filters een goede investering. Ik gebruik zelf zeer vaak mijn grijsverloopfilter en polarisatiefilter. De eerste is een filter dat van doorzichtig grijs naar volledig transparant verloopt. Dit helpt eraan mee om geen overbelichte luchten te krijgen.
Het polarisatiefilter is een filter dat reflecties weg kan werken en kleuren kan versterken. Vaak wordt dit gebruikt om de blauwe lucht met wolken beter tot hun recht te laten komen.
Dit effect is het sterkste als je de zon aan de linker of rechterhand houd. Op de foto hieronder is de lucht geaccentueerd door gebruik van een grijsfilter en polarisatiefilter. De wolken en de lucht kwamen beter uit. Daarnaast werd de sneeuw in de schaduw nog wat blauwer gemaakt om de koude sfeer nog te benadrukken. Sneeuw in de schaduw geeft een wat blauwe kleur die ook met een polarisatiefilter versterkt wordt.
Toch was deze foto niet goed geweest als er hier niet gekeken was naar de compositie. De compositie kan een foto goed maken. De middelen die je nog weer hebt in de vorm van filters, statief, afstandsbediening en die ene goede camera zijn bijzaak.
Bij deze foto heb ik voordat ik deze kon maken een kwartier tot een half uur moeten wachten tot de grijze wolken verdwenen waren. Onderweg heb ik de lucht in de gaten gehouden en zag het mooie weer aankomen. Toch heb ik voordat de blauwe lucht er was wel wat foto’s gemaakt. Het plaatje is
door de blauwe lucht totaal verandert. Is het op de ene foto een stralende koude Hollandse winterdag, op de andere foto zie je zo een andere koude, maar grijze dag.
Landschapsfotografie vraagt om geduld. Je kan vaak voor niets naar een locatie gaan en pas na vele keren die ene gewenste foto maken.
Behalve de omstandigheden afdwingen is de compositie van groot belang. Belangrijker dan de omstandigheden. Ondanks dat goede omstandigheden een foto sterk kunnen verbeteren is een sterke compositie nog steeds zeer gewenst.
De foto kan dan tenslotte nog verbeterd worden met een uitbreiding van de gebruikte apparatuur. Vergeet alleen het belangrijkste niet, het is de fotograaf die de foto maakt.
Een mooie foto van dat mooie droomlandschap kan dan het doel zijn. Mocht het dan voorkomen dat je een week lang voor niets vroeg uit bed moet en net niet de juiste omstandigheden treft, verlies dan niet de moed en blijf gaan. Blijf genieten, want of de foto komt of niet, genieten kan altijd en overal in elk landschap.